Trinidad 1

13 februari 2020 - Trinidad, Cuba

Om 8 uur ging de wekker en om half 9 stond er een heerlijk ontbijtje voor me klaar met fruit, toast, tomaat met ui en knoflook (zijn ze dan van hier), thee, melk en een vruchtensapje. M’n spullen had ik vast klaar gezet voor vertrek, maar gelukkig mocht ik die nog even daar laten totdat ik naar het busstation moest. Eerst even naar het WiFipunt gelopen, en vervolgens de grote hoofdweg af richting het zuiden van de stad. Lekker zonnetje en een heerlijk zeebriesje. In het zuiden ligt ‘Punta Gorda’, een soort schiereilandje van de stad. Even wat sightseeing gedaan daar en toen wilde ik weer naar Cienfuegos centrum. Aangezien dat nogal een stuk lopen was, besloot ik een fietstaxi te nemen, die overal op de hoofdweg rijden. In het centrum nog even rondgelopen, geld gewisseld, drankje gedronken en sandwich gegeten. M’n spullen gepakt in de Casa en hup een tuktuk taxi in naar het busstation. Daar is het altijd een zooitje ongeregeld met een lange rij. Ik was gelukkig vroeg, dus stond redelijk vooraan om m’n ticket te kopen. Om 14.45 uur vertrokken we dan eindelijk richting Trinidad, een koloniaal stadje, erg bekend onder toeristen. Je merkte in de bus al dat het bergachtiger werd. Trinidad bleek totaal verschillend te zijn dan Cienfuegos, veel heuvelachtiger, onhandige keien als straat en andere bouwstijl van huizen, heel leuk om al die kleuren te zien! Ik had als eerste m’n koffer en liep recht op zo’n 30 man af die allemaal ‘taxi, taxi’ riepen. Uiteindelijk kwam ik bij een gekke gozer terecht, die geen auto, maar een fietstaxi bleek te hebben (rijden hier heel veel). Koffer achterop geknoopt en we gingen. Echter was het nog een zware klus voor de man, het zweet brak hem uit door alle rotstraatjes en heuvels. Hij had wel 2 versnellingen, en verplaatste zijn ketting naar een ander tandwiel met een takje handmatig. Aangezien mijn Casa helemaal bovenaan de stad lag, ging ik het laatste stukje maar lopen, want die fiets kwam niet meer vooruit. Bij de Casa werd ik ontvangen door Carmen, die er woont met man, kinderen en moeder. Een supermooi, geel huis met een fantastisch dakterras waar je zelfs de zee kan zien en uitzicht hebt over de hele stad. Met Carmen regelde ik gelijk een excursie voor morgen. Mijn kamer deelde ik met 2 Duitse meisjes, een Braziliaan en een Fransman. Ik dropte m’n spullen en ging het centrum verkennen. Overal muziek en mensen, super gezellig. Bij het busstation bleek helaas de bus naar Camaguey op zaterdag al vol te zitten, maar ik had het geluk dat 2 Duitsers voor mij hetzelfde plan hadden. Dus bedachten we om maar een taxi colectivo te nemen samen. De eerste beste Cubaan op straat aangesproken, en ja hoor, hij kende wel een mannetje. Een belletje later hadden we een aardige chauffeur met een mooie auto aan de lijn. Voor een goede prijs brengt hij ons zaterdag naar Camaguey! Om dit te vieren gingen we een biertje drinken op een leuk dakterras. Ik nam ook nog een Canchancara, een cocktail uit Trinidad met rum (natuurlijk), limoen en jugo de caña, oftewel sap van de rietsuikerpalmen. Samen aten we nog wat in een leuk restaurantje waar we live muziek hadden van een Cubaans mannetje en zijn gitaar. We kregen zelfs wat Cubaanse instrumenten in onze handen gedouwd en mochten meedoen. De taco met garnalen smaakte goed daarna! De Duitsers gingen richting hun casa, ik besloot nog even langs Plaza Mayor, ofwel het hoofdplein, te gaan. Daar zijn altijd veel mensen die op de omliggende trappen zitten en bediend worden voor cocktails. Hup weer een mojito erin, en ik sprak nog wat Nederlandse en Franse vakantiegangers. Verder was het redelijk ‘rustig’ voor Cubaanse begrippen, aangezien iedereen zich opmaakt voor morgen ‘dia del amor‘, dan is het feest! Hier raak je de dagen nogal kwijt, dus ik was alweer vergeten dat het Valentijnsdag ging worden!